Uit Geandewei, kerkblad PKN Fryslân.

 

De overzichtelijkheid lijkt te verdwijnen in onze kerk. Is dat een bedreiging of geeft het perspectief voor de toekomst?

Binnen de Nederlandse Hervormde Kerk (NHK) bestond het overzicht uit drie hoofdstromen: de Gereformeerde Bond, de Confessionele Vereniging en de Vrijzinnigen. Binnen de Gereformeerde kerken in Nederland (GKN) ging men er lange tijd prat op dat men zich van Delfzijl tot Terneuzen thuis kon voelen; in elke plaatselijke kerk dezelfde orde van dienst en zo ongeveer hetzelfde geluid in de preken.

Dit laatste was al geruime tijd verdwenen bij de vorming van de Protestantse Kerk in Nederland (PKN), nu al bijna vijf jaren geleden. Er was meer ruimte ontstaan voor de eigenheid van de plaatselijke kerk. Dan begint er een heel proces op gang te komen. Waar ruimte ontstaat, worden ook grenzen opgezocht. En dat betekent, dat men hier en daar ook over grenzen heengaat. Meestal corrigeert zich dat weer, maar het oude komt nooit helemaal terug.

Toen kwam de fusie en ontstond de (organisatorische) eenheid tussen de drie kerken. Twee van de drie verloren een aantal plaatselijke gemeenten, de NHK en de GKN. De grote meerderheid sloot de rijen en vormde de PKN. Maar wat is er ontstaan? En wat wordt de toekomst?

Onze huidige kerk kent een behoorlijk aantal stromingen, georganiseerd én onderhuids. Van de georganiseerde zijn te noemen: De Gereformeerde Bond, het Confessioneel Beraad en de Confessionele Vereniging, de Vrijzinnigen, het Evangelisch Werkverband en Op Goed Gerucht. Een veelkleurig geheel. En dan te bedenken, dat waarschijnlijk de meeste kerkleden niet zijn aangesloten bij of zich verwant voelen aan een van deze groeperingen. Maar ook onder hen is de variatie groot. Neem alleen al de voorkeur voor de te zingen liederen: van Oude Berijming tot Opwekking en Johannes de Heer. En de theologische verscheidenheid is niet minder groot. De één ziet – conform de belijdenis - de Bijbel als Gods Woord, terwijl deze voor de ander een mensenwoord over God is. De één wist ook wel dat ‘God niet bestaat zoals wij bestaan’ en verbaast zich over de aandacht die iemand krijgt die zoiets opschrijft, terwijl de ander deze uitspraak als bevrijdend ervaart. En zo valt er heel wat te noemen.

Is de PKN een kruiwagen vol kikkers? Een zo grote verscheidenheid, dat het moeilijk is om je er in thuis te weten? En de liturgie verschilt van plaats tot plaats.

Het is natuurlijk zo, dat ‘een huis dat in zichzelf verdeeld is’, zwak is. Maar betekent dit, dat we geen variatie kunnen hebben in onze geloofsbeleving? Dat we elkaar niet kunnen aanvullen en van elkaar leren? Is de belangrijkste voorwaarde niet dat we gezamenlijk accepteren, dat er niet getornd kan worden aan wat we vanouds noemen: ‘Schrift en Belijdenis’? Om daarna tot aan de wederkomst met elkaar in gesprek te blijven over de vraag wat dit dan betekent? De basis van ons kerk – zijn, is de belijdenis dat Jezus Heer is. Wat dat allemaal inhoudt, zullen we tot in lengte van dagen blijven ontdekken en leren.

Maar het gevaar blijft, dat we, in onze verscheidenheid, met dat alles zo druk in de weer zijn, dat we vergeten wat de eerste opdracht van de kerk is. Een gevaar, want de ene groep zal tevreden en hoogmoedig achterover leunen in de zekerheid dat men het bij het rechte eind heeft en de andere zal veel energie steken in het haast verketteren van andere opvattingen. En alle groepen vergaderen over de eigen, interne aangelegenheden en gaan weer over tot de orde van de volle agenda. Het is niet voor niets, dat er nauwelijks nog missionair werk gedaan wordt in eigen land. Gelukkig heeft onze synode die ontdekking ook gedaan en is met een tegenactie begonnen.

Wat wij nodig hebben, is het besef dat we elkaar nodig hebben.

Wanneer we andersdenkenden binnen onze kerk geringschatten, dan verzwakken we de kerk. Wanneer, om een voorbeeld te noemen, een van de stromingen uitspreekt dat men de opkomst van de evangelische beweging binnen onze kerk betreurt, dan komen groepen tegenover elkaar te staan. Dan komt samenwerking en zelfs samen geloven onder druk te staan. Maar, uitgaande van de norm die het Evangelie stelt, zoeken naar wat ons bindt en zoeken naar hoe wij elkaar kunnen aanvullen om samen te doen wat gedaan moet worden, maakt de kerk sterker en verstaanbaarder voor meer mensen.

Zullen de verschillende stromingen blijven bestaan binnen de PKN?  Welke zullen groeien en welke zullen een randverschijnsel worden? Wat is te verwachten voor de toekomst van de PKN?

Wordt vervolgd.