In veel gemeenten zijn in januari nieuwe ambtsdragers bevestigd. Ik vrees, dat er, naast de dankbaarheid voor hun bereidwilligheid, ook zorg was. Niet overal zijn alle vacatures vervuld. Niet overal waren gemeenteleden bereid hun gaven te gebruiken ten behoeve van het geheel.

Het is lang geleden, dat men ongevraagd op een lijst werd gezet en wel een heel goed argument moest hebben om te bedanken na de verkiezing.

In die dagen werd het of als roeping of als druk ervaren wanneer men gevraagd werd om de kerkeraad te versterken en het uitvoerende werk in de kerk mee te dragen. Velen vonden het een zware verantwoordelijkheid. Voor sommige anderen was het misschien een erebaantje. In ieder geval vroeg het werk veel van de mensen. Lange vergaderingen, veel huisbezoeken (twee mannen stonden er dan voor de deur). En dat alles, terwijl bijvoorbeeld veehouders in die tijd alweer om een uur of vier aan de slag moesten. In veel gezinnen was de vader met al dat besturen en bezoeken de dikwijls afwezige.

Het is veranderd. Eerst kwamen we in de tijd dat mensen zelf de afweging maakten of zij geschikt waren en tijd hadden. Het woord ‘roeping’ werd gemeden. Dat was te hoog gegrepen vonden velen.

En nu? Het ziet er naar uit, dat de gemiddelde leeftijd van de meelevende leden langzaam omhoog is gekropen. Dat beperkt de keuzemogelijkheid. Jongeren hebben het vaak druk, zowel met hun werk, als in het gezin waarin vrouw en man beiden werken.

Hoe pakken we een dergelijk probleem aan?

Een goede ontwikkeling is de ontdekking van het ‘gavengericht werken’. Niet meer zomaar vacaturegaten vullen, maar kijken waar iemands gaven liggen en die persoon vragen voor een taak die daarbij past. Een andere benadering is ook creatief. Vraag mensen voor een project en voor een taak die zowel in tijdbesteding als in duur te overzien is.

Maar het belangrijkste is natuurlijk de vraag hoe we elkaar kunnen helpen om te ontdekken dat werken voor de Heer van de kerk geloofsopbouwend is. En dus: hoe we er voor zorgen dat het dat is. Het geloofsgesprek aan het begin van een vergadering. De oprechte belangstelling voor elkaar binnen het team. En steeds voor ogen houden wat de bedoeling is van het gemeente-zijn. Zijn we er om ‘de boel’ draaiende te houden, of gaat het er om dat we samen een uitnodigende gemeenschap vormen? Een plaats waar er aan gewerkt wordt om te ontdekken wat het volgen van Jezus in het leven van elke dag betekent. Een plaats waar we leren om te zien naar de mensen waar Gods aandacht naar uitgaat. Micha 6: 8 is daar een voorbeeld van. ‘… je weet wat de HEER van je wil: niets anders dan recht te doen, trouw te betrachten en nederig de weg te gaan van je God.’ Wanneer je dat invult met de voorbeelden die Jezus geeft, de mensen met wie Hij omging, de houding die Hij ons voorhoudt, de liefde die Hij leeft, dan wordt het heel praktisch. Ook bedreigend, want het kost wel het nodige.