Wanneer het over rituelen gaat, komt ons deel van het protestantisme er behoorlijk bekaaid af. Natuurlijk, we hebben onze gewoonten. We gaan naar de kerk, we lezen de Bijbel en we bidden. Maar verder?

Moet er dan meer zijn? Moeten is ook in dit verband een groot woord, maar waarom zouden we mooie kansen laten liggen?

Het is alweer jaren geleden dat er door de uitgever Filippus een boek werd uitgegeven met als titel: ‘Thuis – Gebeden en rituelen voor elke dag’. Er staan alleen al 37 handreikingen in voor ‘Momenten en gelegenheden’. Hoe geef je aandacht aan de verjaardag van een gezinslid. Wat kun je doen wanneer een van de kinderen het huis uit gaat.

In zijn boek ‘Het wrede paradijs’ vertelt de schrijver, Hylke Speerstra, hoe een vader nog een paar schaatsen stopt in de bagage van zijn zoon die naar Nieuw – Zeeland vertrekt. Ze bleken daar nog prima van pas te komen.

Voorbeelden van ouders die bij vertrek een Bijbel meegeven zijn er ook talloze. Maar is er verder aan een dergelijke gebeurtenis geen vorm te geven?

Het valt mij soms op, dat mensen die gewend zijn thuis te bidden voor het eten, geen kans zien om een maaltijd te openen wanneer zij met bijvoorbeeld de hele familie en/of met vrienden bij elkaar zijn. Misschien is dat om rekening te houden met wie de gewoonte niet (meer) kent, misschien is het ook verlegenheid.

Duidelijk is voor mij in ieder geval, dat het hoog tijd wordt om na te denken over rituelen waarmee wij niet alleen vorm geven aan ons geloven, maar ook dat geloof onderhouden.

De slijtage van wat we gewend waren is fors. De rust voor het bidden en Bijbellezen is grotendeels verdwenen. Onderzoek in de Verenigde Staten liet zien, dat veel Amerikanen een Bijbel hebben, maar dat lang niet iedereen er in leest. Zou het hier heel anders zijn? En hardop bidden? Verlegenheid volop vrees ik.

Maar er is zoveel meer mogelijk. Wie bijvoorbeeld ooit heeft meegemaakt wat een avondmaalsviering betekent met familie en vrienden rond het bed van een ernstig zieke, weet wat ik bedoel.

Maar er hoeft niet iemand ziek te zijn om zoiets moois te organiseren.

Zelf ben ik opnieuw gaan nadenken over dit onderwerp door de joodse schoonfamilie van onze dochter. De sabbatsmaaltijd met de zegen voor elk aanwezig kind, de viering van het Nieuwjaar, het gedenken van bijzondere momenten, ze zijn stuk voor stuk inhoudsvol en indrukwekkend. Zo heel anders dan ons Paasontbijt met een eitje – hoe smakelijk ook.

Wanneer wij graag willen dat onze kinderen en gasten iets proeven van het belang van geloven, zullen we stevig moeten zoeken naar

zinvolle ‘rituelen thuis’.

En we weten het. Hoeveel vakantiegangers steken niet een kaarsje aan in een kerk in het buitenland. Hoeveel tranen worden er niet bedwongen wanneer in de eigen kerkdienst voor zoiets gelegenheid wordt geboden.

We hebben veel te vieren, Gods liefde is een bron van voortdurende verwondering. Maar hoe pakken we dat vieren aan?