Hij is predikant in Amstelveen-Zuid, Werner Pieterse. Van hem is een boek verschenen met als titel: ‘Wat blijft. God na de kaalslag.’ Wat ik er over gelezen heb (in Trouw), is het een sympathiek boek. Een gelovig boek ook. Pieterse ziet niets in wat er verscheen aan boeken waarin de waarheden van het geloof stuk voor stuk werden ‘afgepeld’. ‘Dat afpellen leidt uiteindelijk nergens toe’, zegt hij. Volgens hem blijft bijvoorbeeld een Apostolische Geloofsbelijdenis van belang. Alleen al, omdat deze al bijna tweeduizend jaar meegaat. En wat denkt u van een zin als deze: ‘Geloof is je toevertrouwen aan het aloude gedicht, dat in eindeloze variaties zingt van toekomst voorbij de dood’.

 

Wat de schrijver ter harte gaat is de crisis van de kerk. Hij ziet daarin parallellen met het Oude Testament, waar het o.m. gaat over de afwezigheid van God, de verwoeste tempel, over een wereld die woest en donker is. Zijn verwachting is, dat de kerk in ons deel van de wereld over een tijdje nog bestaat uit kleine groepen of gemeenschappen. Misschien is dat zo, maar daar heb ik ook mijn vragen bij aan de schrijver. Het wringt met de inzet van onze kerk, waar ideeën worden aangeleverd om de krimp tegen te gaan. Leggen we ons neer bij ‘de geest van de tijd’? En wat te denken van onze opdracht? ‘Maak alle volken tot mijn leerlingen’, zei Jezus. Nederlanders niet uitgezonderd. Maar ook al wordt de kerk nu nog kleiner, vanwege het vertrouwen dat de Heer in ons heeft, kan het geen kwaad om onszelf als volgelingen van Jezus met meer zelfvertrouwen te tonen. Het is de moeite waard, want geloof blijft, omdat de Heer blijft.