Zelden komt hij in de kerk. Maar bidden voor zijn eten zal hij niet vergeten. Is dat alleen maar een ingesleten gewoonte? Of doet hij het omdat hij weet dat wij het zo gewend zijn? Eigenlijk moet ik hem die vraag nog eens stellen.

Ik weet, dat regelmatige kerkgangers de gewoonte van het danken voor wat er op tafel staat nog wel eens overslaan. Soms zelfs met een vroom argument. Iemand vertelde mij over een kennis, die in het openbaar nooit bad voor zijn maaltijd. Hij vond dat oneerbiedig, want met alle rumoer in een restaurant kon hij zich immers niet concentreren. Een vreemd idee mijns inziens, zeker voor iemand die heel bewust gelovig wil leven. En dat was – volgens het verhaal – het geval met deze man. Hoe rumoerig zal het geweest zijn daar bij het meer van Galilea. Duizenden mensen zaten er. Maar voordat Jezus het beetje brood en vis dat beschikbaar was in stukken brak en uit liet delen, dankte hij. Gaat het dan om concentratie, of om erkenning ten opzichte van de Gever? Erkenning van afhankelijkheid bijvoorbeeld. Want hoe hard een mens ook werkt, ‘de zegen van de Heer maakt rijk’ (Spreuken 10, vers 22).

Ik zou me ook kunnen voorstellen, dat bidden in het openbaar een soort demonstratie van gelovigheid kan zijn. Dat zou dan in de buurt komen van wat Jezus al aan sommige mensen verweet. Zij baden op de hoeken van de straten, zegt hij, om door de mensen gezien te worden. Volgens Jezus een foute houding.
Er is natuurlijk verschil. Alle bidden is niet gelijk. Er is een vorm die concentratie nodig heeft. Daarvoor is het meest geschikt wat Jezus de binnenkamer noemt. Een plaats waar je niet gestoord wordt, zelfs niet door je telefoon. Dan kan er met aandacht gecommuniceerd worden. Bijbellezen, je afvragen wat er wordt aangereikt vanuit de tekst en dan stil worden en uiteindelijk antwoorden en delen wat je bezig houdt.
Maar naast dit geconcentreerde werk, zijn er al die andere momenten. Even dank U zeggen of schietgebedjes. Ogenblikken, waarin je de omgang met God actief houd.
Wat wij weten over hoe Jezus het contact met zijn Vader onderhield, maakt voldoende duidelijk wat onze mogelijkheden zijn. Wat voor ons het beste is. Dan gaat het om de combinatie van de verschillende soorten gebed. En ik denk, dat de schietgebeden en de bedankjes, het meest vruchtbaar zijn wanneer ze groeien op de basis van de ‘stille momenten’, de geconcentreerde.
En dan kan het gebeuren, dat ook iemand die de kerkdrempel niet kan overstappen, of die zelfs de bijbel niet ter hand neemt, toch dat heel dunne lijntje vasthoudt van het ‘dankUwel’ zeggen. Wie weet wat daarvan het resultaat zou kunnen zijn? Er schuilt immers een erkenning in, bewust of onbewust, van het bestaan van iemand (of zelfs iets) buiten onszelf. En het is dat besef, dat heel goed het begin kan zijn van een relatie. Hoe God werkt om zich aan mensen bekend te maken, blijft voor ons toch een raadselachtig iets.