Ergeren. Soms gaat het zo gemakkelijk. Hier, in deze stad waar ik nu woon, al helemaal. De stad staat bekend als een plaats van vrijbuiters. En wat mij dan stoort? Trottoirs, volledig bevlekt door kauwgomresten, fietsers aan de verkeerde kant van de weg of in het domein van de voetgangers, lege en kapotgegooide flessen, lege sigarettenpakjes, peuken. En dan de bedelaars die vragen of je niet een muntje voor hen hebt. Respect heb ik voor de daklozen die bij de ingang van haast elke supermarkt de straatkrant aanbieden. Zij doen iets voor hun bijdrage. Maar de duidelijke drinker, die enigszins gebogen, soms nog met een blikje bier in de hand, op je afkomt …

 

Kortom, er zijn talloze momenten waarop ik me beter kan voelen dan een ander. Waarop ik beter weet hoe ik me hoor te gedragen. Hoogmoed zou je het kunnen noemen. In ieder geval slaat het duidelijk op de vergelijking die Jezus aanreikt over de balk en de splinter. Zoveel splinters zie ik wanneer ik door Amsterdam wandel en de neiging om er een mening over te hebben is zeer verleidelijk. Maar hoe zit het met de balk in mijn eigen oog?

 

De zwakte om te oordelen kan ver gaan. Neem bijvoorbeeld de etiquette van het colbertjasje. Dat Trump niet weet dat een jasje dichtgeknoopt hoort te zijn wanneer je staat of loopt is één ding. Maar ik betrap me er op dat ik er moeite mee heb wanneer een voorganger in de eredienst met het jasje los zijn preek houdt. Althans wanneer hij geen vest/gilet draagt. Hoe onzinnig is dat van mij? En hoe vaak lap ik zelf regels aan mijn laars? Sta ik op van mijn stoel wanneer een vrouw de kamer binnenkomt? Soms, niet altijd. Waarom niet? En waarom gedraag ik mij dan soms als de jongere die op het schermpje blijft kijken op bezoek bij de grootouders?

 

Natuurlijk is er het risico dat regels en gewoonten, etiquette, een eigen leven gaan leiden, een knellend keurslijf vormen, maar de bedoeling is dat ze bijdragen aan de strijd tegen chaos en onverschilligheid. En dat kan bepaald geen kwaad.

 

‘Wat heb je te zeggen over de splinter in iemands oog, terwijl je de balk in je eigen oog niet opmerkt?’ Ik parafraseer de woorden van Jezus. Maar een dergelijke opmerking overdenkend, realiseer ik me hoe actueel veel van zijn woorden en voorbeelden zijn. Hoe goed zou het zijn wanneer we er meer van wisten en ons er meer van zouden aantrekken. Vandaag las ik in een ochtendkrant nog een verhaal met de titel: ‘Waarom zijn we zo onbeschoft?’ Wie daarop antwoord zoekt, kan dat beter niet doen zonder naar zichzelf te kijken lijkt me. Een samenleving, waarin het verhaal van de balk en de splinter aandacht krijgt, wordt overdacht en toegepast, wat moet dat een genoegen zijn. Hemel op aarde is teveel gezegd, maar het zou de mens wel heel wat meer ontspannen en gelukkig maken denk ik.