Onderhoud. Wie het verwaarloost komt van een koude kermis thuis. Zo stortte er weer een stuk kademuur in binnen het centrum van Amsterdam. Voor vele kilometers kade dreigt hetzelfde lot. Bovendien lijdt de kwaliteit van vele bruggen onder een langdurig gebrek aan aandacht. En dichterbij huis blijvend: ook tandartsbezoek wel eens lange tijd uitgesteld? En hoe beviel dat? En hoe reageerde de tandheelkundige? Kortom: achterstallig onderhoud laten ontstaan is gewoonlijk onverstandig. Op een bepaalde manier is er momenteel niet aan te ontkomen. Denk maar eens aan de dichter Willem Barnard, alias Guillaume van der Graft. Van hem was de uitspraak dat hij niet naar de kerk ging omdat hij geloofde, maar omdat hij door de week afzakte naar het niveau van de heiden en dan op zondag weer op peil werd gebracht voor de rest van de week. Wekelijkse onderhoudsbeurt dus. Dan is de beperktheid van de Coronadienst dus een risico van achterop raken. Maar vertaal dit verhaal nu een naar dagelijks onderhoud. Dagelijks, want dan ligt de verantwoordelijkheid helemaal bij onszelf. Als student leerde ik – bij de Evangelische Studentenbeweging Ichthus – het begrip ‘Stille Tijd’ kennen. Ergens op de dag, liefst aan het begin, tijd nemen om de bijbel te lezen te overdenken en daarna te bidden. Op adem komen voor ‘het aangezicht van God’, voordat de storm van bezigheden losbreekt. Om op Barnard te parodiëren: gedurende de nacht afzakken en aan het begin van de dag weer op peil gebracht worden. Klaar voor een dag als volgeling van Christus Jezus.

Onderhoud. En laten we onszelf niet wijsmaken dat we het wel kunnen uitstellen of misschien zelfs niet nodig hebben, de ‘kade’ van ons geloven kan zeker verzwakken en zelfs instorten. Verwaarlozing verzwakt ons geloven en maakt ons tot een gemakkelijker, een lauwe prooi voor de tegenstander. Wie de wapenrusting laat zakken (om het met Paulus te zeggen – Efeziërs 6) raakt de verdediging kwijt.

Het zou een vergissing zijn om nu in een kramp te raken, angstig te worden, bang het niet goed te doen of, precies omgekeerd, te reageren met: ‘wat een onzin’, dat gepraat over een tegenstander die uit zou zijn op onze instorting.

Mijns inziens betekent onderhoud voor ons allereerst dat wij leren schuilen. Schuilen onder Gods vleugels. Geborgen blijven in de schaduw van Zijn nabijheid. Weten, dat wie in Christus thuis is, door hem beschermd wordt.

Wat die tegenstander betreft en zijn belang bij ons instorten, daarvoor is momenteel niet erg veel aandacht vrees ik. Dat is wel anders geweest. Dan denk ik niet aan de preken vol ‘hel en verdoemenis’, maar aan bijvoorbeeld de schrijver C.S. Lewis met zijn boek: ‘Brieven uit de hel’. Al bejaard, maar nog pas opnieuw vertaald en nog altijd beschikbaar en zeer de moeite waard mijns inziens. Veel aandacht verdient die tegenstander natuurlijk niet. Beter is het om het oog gericht te houden op Jezus, op wie hij is en wat hij voor ons deed en doet. En daarbij wel onze omgang met God goed te onderhouden.

 

Onderhoud. Wie het verwaarloost komt van een koude kermis thuis. Zo stortte er weer een stuk kademuur in binnen het centrum van Amsterdam. Voor vele kilometers kade dreigt hetzelfde lot. Bovendien lijdt de kwaliteit van vele bruggen onder een langdurig gebrek aan aandacht. En dichterbij huis blijvend: ook tandartsbezoek wel eens lange tijd uitgesteld? En hoe beviel dat? En hoe reageerde de tandheelkundige? Kortom: achterstallig onderhoud laten ontstaan is gewoonlijk onverstandig. Op een bepaalde manier is er momenteel niet aan te ontkomen. Denk maar eens aan de dichter Willem Barnard, alias Guillaume van der Graft. Van hem was de uitspraak dat hij niet naar de kerk ging omdat hij geloofde, maar omdat hij door de week afzakte naar het niveau van de heiden en dan op zondag weer op peil werd gebracht voor de rest van de week. Wekelijkse onderhoudsbeurt dus. Dan is de beperktheid van de Coronadienst dus een risico van achterop raken. Maar vertaal dit verhaal nu een naar dagelijks onderhoud. Dagelijks, want dan ligt de verantwoordelijkheid helemaal bij onszelf. Als student leerde ik – bij de Evangelische Studentenbeweging Ichthus – het begrip ‘Stille Tijd’ kennen. Ergens op de dag, liefst aan het begin, tijd nemen om de bijbel te lezen te overdenken en daarna te bidden. Op adem komen voor ‘het aangezicht van God’, voordat de storm van bezigheden losbreekt. Om op Barnard te parodiëren: gedurende de nacht afzakken en aan het begin van de dag weer op peil gebracht worden. Klaar voor een dag als volgeling van Christus Jezus.

Onderhoud. En laten we onszelf niet wijsmaken dat we het wel kunnen uitstellen of misschien zelfs niet nodig hebben, de ‘kade’ van ons geloven kan zeker verzwakken en zelfs instorten. Verwaarlozing verzwakt ons geloven en maakt ons tot een gemakkelijker, een lauwe prooi voor de tegenstander. Wie de wapenrusting laat zakken (om het met Paulus te zeggen – Efeziërs 6) raakt de verdediging kwijt.

Het zou een vergissing zijn om nu in een kramp te raken, angstig te worden, bang het niet goed te doen of, precies omgekeerd, te reageren met: ‘wat een onzin’, dat gepraat over een tegenstander die uit zou zijn op onze instorting.

Mijns inziens betekent onderhoud voor ons allereerst dat wij leren schuilen. Schuilen onder Gods vleugels. Geborgen blijven in de schaduw van Zijn nabijheid. Weten, dat wie in Christus thuis is, door hem beschermd wordt.

Wat die tegenstander betreft en zijn belang bij ons instorten, daarvoor is momenteel niet erg veel aandacht vrees ik. Dat is wel anders geweest. Dan denk ik niet aan de preken vol ‘hel en verdoemenis’, maar aan bijvoorbeeld de schrijver C.S. Lewis met zijn boek: ‘Brieven uit de hel’. Al bejaard, maar nog pas opnieuw vertaald en nog altijd beschikbaar en zeer de moeite waard mijns inziens. Veel aandacht verdient die tegenstander natuurlijk niet. Beter is het om het oog gericht te houden op Jezus, op wie hij is en wat hij voor ons deed en doet. En daarbij wel onze omgang met God goed te onderhouden.

 

Onderhoud. Wie het verwaarloost komt van een koude kermis thuis. Zo stortte er weer een stuk kademuur in binnen het centrum van Amsterdam. Voor vele kilometers kade dreigt hetzelfde lot. Bovendien lijdt de kwaliteit van vele bruggen onder een langdurig gebrek aan aandacht. En dichterbij huis blijvend: ook tandartsbezoek wel eens lange tijd uitgesteld? En hoe beviel dat? En hoe reageerde de tandheelkundige? Kortom: achterstallig onderhoud laten ontstaan is gewoonlijk onverstandig. Op een bepaalde manier is er momenteel niet aan te ontkomen. Denk maar eens aan de dichter Willem Barnard, alias Guillaume van der Graft. Van hem was de uitspraak dat hij niet naar de kerk ging omdat hij geloofde, maar omdat hij door de week afzakte naar het niveau van de heiden en dan op zondag weer op peil werd gebracht voor de rest van de week. Wekelijkse onderhoudsbeurt dus. Dan is de beperktheid van de Coronadienst dus een risico van achterop raken. Maar vertaal dit verhaal nu een naar dagelijks onderhoud. Dagelijks, want dan ligt de verantwoordelijkheid helemaal bij onszelf. Als student leerde ik – bij de Evangelische Studentenbeweging Ichthus – het begrip ‘Stille Tijd’ kennen. Ergens op de dag, liefst aan het begin, tijd nemen om de bijbel te lezen te overdenken en daarna te bidden. Op adem komen voor ‘het aangezicht van God’, voordat de storm van bezigheden losbreekt. Om op Barnard te parodiëren: gedurende de nacht afzakken en aan het begin van de dag weer op peil gebracht worden. Klaar voor een dag als volgeling van Christus Jezus.

Onderhoud. En laten we onszelf niet wijsmaken dat we het wel kunnen uitstellen of misschien zelfs niet nodig hebben, de ‘kade’ van ons geloven kan zeker verzwakken en zelfs instorten. Verwaarlozing verzwakt ons geloven en maakt ons tot een gemakkelijker, een lauwe prooi voor de tegenstander. Wie de wapenrusting laat zakken (om het met Paulus te zeggen – Efeziërs 6) raakt de verdediging kwijt.

Het zou een vergissing zijn om nu in een kramp te raken, angstig te worden, bang het niet goed te doen of, precies omgekeerd, te reageren met: ‘wat een onzin’, dat gepraat over een tegenstander die uit zou zijn op onze instorting.

Mijns inziens betekent onderhoud voor ons allereerst dat wij leren schuilen. Schuilen onder Gods vleugels. Geborgen blijven in de schaduw van Zijn nabijheid. Weten, dat wie in Christus thuis is, door hem beschermd wordt.

Wat die tegenstander betreft en zijn belang bij ons instorten, daarvoor is momenteel niet erg veel aandacht vrees ik. Dat is wel anders geweest. Dan denk ik niet aan de preken vol ‘hel en verdoemenis’, maar aan bijvoorbeeld de schrijver C.S. Lewis met zijn boek: ‘Brieven uit de hel’. Al bejaard, maar nog pas opnieuw vertaald en nog altijd beschikbaar en zeer de moeite waard mijns inziens. Veel aandacht verdient die tegenstander natuurlijk niet. Beter is het om het oog gericht te houden op Jezus, op wie hij is en wat hij voor ons deed en doet. En daarbij wel onze omgang met God goed te onderhouden.

 

Onderhoud. Wie het verwaarloost komt van een koude kermis thuis. Zo stortte er weer een stuk kademuur in binnen het centrum van Amsterdam. Voor vele kilometers kade dreigt hetzelfde lot. Bovendien lijdt de kwaliteit van vele bruggen onder een langdurig gebrek aan aandacht. En dichterbij huis blijvend: ook tandartsbezoek wel eens lange tijd uitgesteld? En hoe beviel dat? En hoe reageerde de tandheelkundige? Kortom: achterstallig onderhoud laten ontstaan is gewoonlijk onverstandig. Op een bepaalde manier is er momenteel niet aan te ontkomen. Denk maar eens aan de dichter Willem Barnard, alias Guillaume van der Graft. Van hem was de uitspraak dat hij niet naar de kerk ging omdat hij geloofde, maar omdat hij door de week afzakte naar het niveau van de heiden en dan op zondag weer op peil werd gebracht voor de rest van de week. Wekelijkse onderhoudsbeurt dus. Dan is de beperktheid van de Coronadienst dus een risico van achterop raken. Maar vertaal dit verhaal nu een naar dagelijks onderhoud. Dagelijks, want dan ligt de verantwoordelijkheid helemaal bij onszelf. Als student leerde ik – bij de Evangelische Studentenbeweging Ichthus – het begrip ‘Stille Tijd’ kennen. Ergens op de dag, liefst aan het begin, tijd nemen om de bijbel te lezen te overdenken en daarna te bidden. Op adem komen voor ‘het aangezicht van God’, voordat de storm van bezigheden losbreekt. Om op Barnard te parodiëren: gedurende de nacht afzakken en aan het begin van de dag weer op peil gebracht worden. Klaar voor een dag als volgeling van Christus Jezus.

Onderhoud. En laten we onszelf niet wijsmaken dat we het wel kunnen uitstellen of misschien zelfs niet nodig hebben, de ‘kade’ van ons geloven kan zeker verzwakken en zelfs instorten. Verwaarlozing verzwakt ons geloven en maakt ons tot een gemakkelijker, een lauwe prooi voor de tegenstander. Wie de wapenrusting laat zakken (om het met Paulus te zeggen – Efeziërs 6) raakt de verdediging kwijt.

Het zou een vergissing zijn om nu in een kramp te raken, angstig te worden, bang het niet goed te doen of, precies omgekeerd, te reageren met: ‘wat een onzin’, dat gepraat over een tegenstander die uit zou zijn op onze instorting.

Mijns inziens betekent onderhoud voor ons allereerst dat wij leren schuilen. Schuilen onder Gods vleugels. Geborgen blijven in de schaduw van Zijn nabijheid. Weten, dat wie in Christus thuis is, door hem beschermd wordt.

Wat die tegenstander betreft en zijn belang bij ons instorten, daarvoor is momenteel niet erg veel aandacht vrees ik. Dat is wel anders geweest. Dan denk ik niet aan de preken vol ‘hel en verdoemenis’, maar aan bijvoorbeeld de schrijver C.S. Lewis met zijn boek: ‘Brieven uit de hel’. Al bejaard, maar nog pas opnieuw vertaald en nog altijd beschikbaar en zeer de moeite waard mijns inziens. Veel aandacht verdient die tegenstander natuurlijk niet. Beter is het om het oog gericht te houden op Jezus, op wie hij is en wat hij voor ons deed en doet. En daarbij wel onze omgang met God goed te onderhouden.

 

Onderhoud. Wie het verwaarloost komt van een koude kermis thuis. Zo stortte er weer een stuk kademuur in binnen het centrum van Amsterdam. Voor vele kilometers kade dreigt hetzelfde lot. Bovendien lijdt de kwaliteit van vele bruggen onder een langdurig gebrek aan aandacht. En dichterbij huis blijvend: ook tandartsbezoek wel eens lange tijd uitgesteld? En hoe beviel dat? En hoe reageerde de tandheelkundige? Kortom: achterstallig onderhoud laten ontstaan is gewoonlijk onverstandig. Op een bepaalde manier is er momenteel niet aan te ontkomen. Denk maar eens aan de dichter Willem Barnard, alias Guillaume van der Graft. Van hem was de uitspraak dat hij niet naar de kerk ging omdat hij geloofde, maar omdat hij door de week afzakte naar het niveau van de heiden en dan op zondag weer op peil werd gebracht voor de rest van de week. Wekelijkse onderhoudsbeurt dus. Dan is de beperktheid van de Coronadienst dus een risico van achterop raken. Maar vertaal dit verhaal nu een naar dagelijks onderhoud. Dagelijks, want dan ligt de verantwoordelijkheid helemaal bij onszelf. Als student leerde ik – bij de Evangelische Studentenbeweging Ichthus – het begrip ‘Stille Tijd’ kennen. Ergens op de dag, liefst aan het begin, tijd nemen om de bijbel te lezen te overdenken en daarna te bidden. Op adem komen voor ‘het aangezicht van God’, voordat de storm van bezigheden losbreekt. Om op Barnard te parodiëren: gedurende de nacht afzakken en aan het begin van de dag weer op peil gebracht worden. Klaar voor een dag als volgeling van Christus Jezus.

Onderhoud. En laten we onszelf niet wijsmaken dat we het wel kunnen uitstellen of misschien zelfs niet nodig hebben, de ‘kade’ van ons geloven kan zeker verzwakken en zelfs instorten. Verwaarlozing verzwakt ons geloven en maakt ons tot een gemakkelijker, een lauwe prooi voor de tegenstander. Wie de wapenrusting laat zakken (om het met Paulus te zeggen – Efeziërs 6) raakt de verdediging kwijt.

Het zou een vergissing zijn om nu in een kramp te raken, angstig te worden, bang het niet goed te doen of, precies omgekeerd, te reageren met: ‘wat een onzin’, dat gepraat over een tegenstander die uit zou zijn op onze instorting.

Mijns inziens betekent onderhoud voor ons allereerst dat wij leren schuilen. Schuilen onder Gods vleugels. Geborgen blijven in de schaduw van Zijn nabijheid. Weten, dat wie in Christus thuis is, door hem beschermd wordt.

Wat die tegenstander betreft en zijn belang bij ons instorten, daarvoor is momenteel niet erg veel aandacht vrees ik. Dat is wel anders geweest. Dan denk ik niet aan de preken vol ‘hel en verdoemenis’, maar aan bijvoorbeeld de schrijver C.S. Lewis met zijn boek: ‘Brieven uit de hel’. Al bejaard, maar nog pas opnieuw vertaald en nog altijd beschikbaar en zeer de moeite waard mijns inziens. Veel aandacht verdient die tegenstander natuurlijk niet. Beter is het om het oog gericht te houden op Jezus, op wie hij is en wat hij voor ons deed en doet. En daarbij wel onze omgang met God goed te onderhouden.

 

Onderhoud. Wie het verwaarloost komt van een koude kermis thuis. Zo stortte er weer een stuk kademuur in binnen het centrum van Amsterdam. Voor vele kilometers kade dreigt hetzelfde lot. Bovendien lijdt de kwaliteit van vele bruggen onder een langdurig gebrek aan aandacht. En dichterbij huis blijvend: ook tandartsbezoek wel eens lange tijd uitgesteld? En hoe beviel dat? En hoe reageerde de tandheelkundige? Kortom: achterstallig onderhoud laten ontstaan is gewoonlijk onverstandig. Op een bepaalde manier is er momenteel niet aan te ontkomen. Denk maar eens aan de dichter Willem Barnard, alias Guillaume van der Graft. Van hem was de uitspraak dat hij niet naar de kerk ging omdat hij geloofde, maar omdat hij door de week afzakte naar het niveau van de heiden en dan op zondag weer op peil werd gebracht voor de rest van de week. Wekelijkse onderhoudsbeurt dus. Dan is de beperktheid van de Coronadienst dus een risico van achterop raken. Maar vertaal dit verhaal nu een naar dagelijks onderhoud. Dagelijks, want dan ligt de verantwoordelijkheid helemaal bij onszelf. Als student leerde ik – bij de Evangelische Studentenbeweging Ichthus – het begrip ‘Stille Tijd’ kennen. Ergens op de dag, liefst aan het begin, tijd nemen om de bijbel te lezen te overdenken en daarna te bidden. Op adem komen voor ‘het aangezicht van God’, voordat de storm van bezigheden losbreekt. Om op Barnard te parodiëren: gedurende de nacht afzakken en aan het begin van de dag weer op peil gebracht worden. Klaar voor een dag als volgeling van Christus Jezus.

Onderhoud. En laten we onszelf niet wijsmaken dat we het wel kunnen uitstellen of misschien zelfs niet nodig hebben, de ‘kade’ van ons geloven kan zeker verzwakken en zelfs instorten. Verwaarlozing verzwakt ons geloven en maakt ons tot een gemakkelijker, een lauwe prooi voor de tegenstander. Wie de wapenrusting laat zakken (om het met Paulus te zeggen – Efeziërs 6) raakt de verdediging kwijt.

Het zou een vergissing zijn om nu in een kramp te raken, angstig te worden, bang het niet goed te doen of, precies omgekeerd, te reageren met: ‘wat een onzin’, dat gepraat over een tegenstander die uit zou zijn op onze instorting.

Mijns inziens betekent onderhoud voor ons allereerst dat wij leren schuilen. Schuilen onder Gods vleugels. Geborgen blijven in de schaduw van Zijn nabijheid. Weten, dat wie in Christus thuis is, door hem beschermd wordt.

Wat die tegenstander betreft en zijn belang bij ons instorten, daarvoor is momenteel niet erg veel aandacht vrees ik. Dat is wel anders geweest. Dan denk ik niet aan de preken vol ‘hel en verdoemenis’, maar aan bijvoorbeeld de schrijver C.S. Lewis met zijn boek: ‘Brieven uit de hel’. Al bejaard, maar nog pas opnieuw vertaald en nog altijd beschikbaar en zeer de moeite waard mijns inziens. Veel aandacht verdient die tegenstander natuurlijk niet. Beter is het om het oog gericht te houden op Jezus, op wie hij is en wat hij voor ons deed en doet. En daarbij wel onze omgang met God goed te onderhouden.

 

Onderhoud. Wie het verwaarloost komt van een koude kermis thuis. Zo stortte er weer een stuk kademuur in binnen het centrum van Amsterdam. Voor vele kilometers kade dreigt hetzelfde lot. Bovendien lijdt de kwaliteit van vele bruggen onder een langdurig gebrek aan aandacht. En dichterbij huis blijvend: ook tandartsbezoek wel eens lange tijd uitgesteld? En hoe beviel dat? En hoe reageerde de tandheelkundige? Kortom: achterstallig onderhoud laten ontstaan is gewoonlijk onverstandig. Op een bepaalde manier is er momenteel niet aan te ontkomen. Denk maar eens aan de dichter Willem Barnard, alias Guillaume van der Graft. Van hem was de uitspraak dat hij niet naar de kerk ging omdat hij geloofde, maar omdat hij door de week afzakte naar het niveau van de heiden en dan op zondag weer op peil werd gebracht voor de rest van de week. Wekelijkse onderhoudsbeurt dus. Dan is de beperktheid van de Coronadienst dus een risico van achterop raken. Maar vertaal dit verhaal nu een naar dagelijks onderhoud. Dagelijks, want dan ligt de verantwoordelijkheid helemaal bij onszelf. Als student leerde ik – bij de Evangelische Studentenbeweging Ichthus – het begrip ‘Stille Tijd’ kennen. Ergens op de dag, liefst aan het begin, tijd nemen om de bijbel te lezen te overdenken en daarna te bidden. Op adem komen voor ‘het aangezicht van God’, voordat de storm van bezigheden losbreekt. Om op Barnard te parodiëren: gedurende de nacht afzakken en aan het begin van de dag weer op peil gebracht worden. Klaar voor een dag als volgeling van Christus Jezus.

Onderhoud. En laten we onszelf niet wijsmaken dat we het wel kunnen uitstellen of misschien zelfs niet nodig hebben, de ‘kade’ van ons geloven kan zeker verzwakken en zelfs instorten. Verwaarlozing verzwakt ons geloven en maakt ons tot een gemakkelijker, een lauwe prooi voor de tegenstander. Wie de wapenrusting laat zakken (om het met Paulus te zeggen – Efeziërs 6) raakt de verdediging kwijt.

Het zou een vergissing zijn om nu in een kramp te raken, angstig te worden, bang het niet goed te doen of, precies omgekeerd, te reageren met: ‘wat een onzin’, dat gepraat over een tegenstander die uit zou zijn op onze instorting.

Mijns inziens betekent onderhoud voor ons allereerst dat wij leren schuilen. Schuilen onder Gods vleugels. Geborgen blijven in de schaduw van Zijn nabijheid. Weten, dat wie in Christus thuis is, door hem beschermd wordt.

Wat die tegenstander betreft en zijn belang bij ons instorten, daarvoor is momenteel niet erg veel aandacht vrees ik. Dat is wel anders geweest. Dan denk ik niet aan de preken vol ‘hel en verdoemenis’, maar aan bijvoorbeeld de schrijver C.S. Lewis met zijn boek: ‘Brieven uit de hel’. Al bejaard, maar nog pas opnieuw vertaald en nog altijd beschikbaar en zeer de moeite waard mijns inziens. Veel aandacht verdient die tegenstander natuurlijk niet. Beter is het om het oog gericht te houden op Jezus, op wie hij is en wat hij voor ons deed en doet. En daarbij wel onze omgang met God goed te onderhouden.

 

Onderhoud. Wie het verwaarloost komt van een koude kermis thuis. Zo stortte er weer een stuk kademuur in binnen het centrum van Amsterdam. Voor vele kilometers kade dreigt hetzelfde lot. Bovendien lijdt de kwaliteit van vele bruggen onder een langdurig gebrek aan aandacht. En dichterbij huis blijvend: ook tandartsbezoek wel eens lange tijd uitgesteld? En hoe beviel dat? En hoe reageerde de tandheelkundige? Kortom: achterstallig onderhoud laten ontstaan is gewoonlijk onverstandig. Op een bepaalde manier is er momenteel niet aan te ontkomen. Denk maar eens aan de dichter Willem Barnard, alias Guillaume van der Graft. Van hem was de uitspraak dat hij niet naar de kerk ging omdat hij geloofde, maar omdat hij door de week afzakte naar het niveau van de heiden en dan op zondag weer op peil werd gebracht voor de rest van de week. Wekelijkse onderhoudsbeurt dus. Dan is de beperktheid van de Coronadienst dus een risico van achterop raken. Maar vertaal dit verhaal nu een naar dagelijks onderhoud. Dagelijks, want dan ligt de verantwoordelijkheid helemaal bij onszelf. Als student leerde ik – bij de Evangelische Studentenbeweging Ichthus – het begrip ‘Stille Tijd’ kennen. Ergens op de dag, liefst aan het begin, tijd nemen om de bijbel te lezen te overdenken en daarna te bidden. Op adem komen voor ‘het aangezicht van God’, voordat de storm van bezigheden losbreekt. Om op Barnard te parodiëren: gedurende de nacht afzakken en aan het begin van de dag weer op peil gebracht worden. Klaar voor een dag als volgeling van Christus Jezus.

Onderhoud. En laten we onszelf niet wijsmaken dat we het wel kunnen uitstellen of misschien zelfs niet nodig hebben, de ‘kade’ van ons geloven kan zeker verzwakken en zelfs instorten. Verwaarlozing verzwakt ons geloven en maakt ons tot een gemakkelijker, een lauwe prooi voor de tegenstander. Wie de wapenrusting laat zakken (om het met Paulus te zeggen – Efeziërs 6) raakt de verdediging kwijt.

Het zou een vergissing zijn om nu in een kramp te raken, angstig te worden, bang het niet goed te doen of, precies omgekeerd, te reageren met: ‘wat een onzin’, dat gepraat over een tegenstander die uit zou zijn op onze instorting.

Mijns inziens betekent onderhoud voor ons allereerst dat wij leren schuilen. Schuilen onder Gods vleugels. Geborgen blijven in de schaduw van Zijn nabijheid. Weten, dat wie in Christus thuis is, door hem beschermd wordt.

Wat die tegenstander betreft en zijn belang bij ons instorten, daarvoor is momenteel niet erg veel aandacht vrees ik. Dat is wel anders geweest. Dan denk ik niet aan de preken vol ‘hel en verdoemenis’, maar aan bijvoorbeeld de schrijver C.S. Lewis met zijn boek: ‘Brieven uit de hel’. Al bejaard, maar nog pas opnieuw vertaald en nog altijd beschikbaar en zeer de moeite waard mijns inziens. Veel aandacht verdient die tegenstander natuurlijk niet. Beter is het om het oog gericht te houden op Jezus, op wie hij is en wat hij voor ons deed en doet. En daarbij wel onze omgang met God goed te onderhouden.

 

Onderhoud. Wie het verwaarloost komt van een koude kermis thuis. Zo stortte er weer een stuk kademuur in binnen het centrum van Amsterdam. Voor vele kilometers kade dreigt hetzelfde lot. Bovendien lijdt de kwaliteit van vele bruggen onder een langdurig gebrek aan aandacht. En dichterbij huis blijvend: ook tandartsbezoek wel eens lange tijd uitgesteld? En hoe beviel dat? En hoe reageerde de tandheelkundige? Kortom: achterstallig onderhoud laten ontstaan is gewoonlijk onverstandig. Op een bepaalde manier is er momenteel niet aan te ontkomen. Denk maar eens aan de dichter Willem Barnard, alias Guillaume van der Graft. Van hem was de uitspraak dat hij niet naar de kerk ging omdat hij geloofde, maar omdat hij door de week afzakte naar het niveau van de heiden en dan op zondag weer op peil werd gebracht voor de rest van de week. Wekelijkse onderhoudsbeurt dus. Dan is de beperktheid van de Coronadienst dus een risico van achterop raken. Maar vertaal dit verhaal nu een naar dagelijks onderhoud. Dagelijks, want dan ligt de verantwoordelijkheid helemaal bij onszelf. Als student leerde ik – bij de Evangelische Studentenbeweging Ichthus – het begrip ‘Stille Tijd’ kennen. Ergens op de dag, liefst aan het begin, tijd nemen om de bijbel te lezen te overdenken en daarna te bidden. Op adem komen voor ‘het aangezicht van God’, voordat de storm van bezigheden losbreekt. Om op Barnard te parodiëren: gedurende de nacht afzakken en aan het begin van de dag weer op peil gebracht worden. Klaar voor een dag als volgeling van Christus Jezus.

Onderhoud. En laten we onszelf niet wijsmaken dat we het wel kunnen uitstellen of misschien zelfs niet nodig hebben, de ‘kade’ van ons geloven kan zeker verzwakken en zelfs instorten. Verwaarlozing verzwakt ons geloven en maakt ons tot een gemakkelijker, een lauwe prooi voor de tegenstander. Wie de wapenrusting laat zakken (om het met Paulus te zeggen – Efeziërs 6) raakt de verdediging kwijt.

Het zou een vergissing zijn om nu in een kramp te raken, angstig te worden, bang het niet goed te doen of, precies omgekeerd, te reageren met: ‘wat een onzin’, dat gepraat over een tegenstander die uit zou zijn op onze instorting.

Mijns inziens betekent onderhoud voor ons allereerst dat wij leren schuilen. Schuilen onder Gods vleugels. Geborgen blijven in de schaduw van Zijn nabijheid. Weten, dat wie in Christus thuis is, door hem beschermd wordt.

Wat die tegenstander betreft en zijn belang bij ons instorten, daarvoor is momenteel niet erg veel aandacht vrees ik. Dat is wel anders geweest. Dan denk ik niet aan de preken vol ‘hel en verdoemenis’, maar aan bijvoorbeeld de schrijver C.S. Lewis met zijn boek: ‘Brieven uit de hel’. Al bejaard, maar nog pas opnieuw vertaald en nog altijd beschikbaar en zeer de moeite waard mijns inziens. Veel aandacht verdient die tegenstander natuurlijk niet. Beter is het om het oog gericht te houden op Jezus, op wie hij is en wat hij voor ons deed en doet. En daarbij wel onze omgang met God goed te onderhouden.

 

Onderhoud. Wie het verwaarloost komt van een koude kermis thuis. Zo stortte er weer een stuk kademuur in binnen het centrum van Amsterdam. Voor vele kilometers kade dreigt hetzelfde lot. Bovendien lijdt de kwaliteit van vele bruggen onder een langdurig gebrek aan aandacht. En dichterbij huis blijvend: ook tandartsbezoek wel eens lange tijd uitgesteld? En hoe beviel dat? En hoe reageerde de tandheelkundige? Kortom: achterstallig onderhoud laten ontstaan is gewoonlijk onverstandig. Op een bepaalde manier is er momenteel niet aan te ontkomen. Denk maar eens aan de dichter Willem Barnard, alias Guillaume van der Graft. Van hem was de uitspraak dat hij niet naar de kerk ging omdat hij geloofde, maar omdat hij door de week afzakte naar het niveau van de heiden en dan op zondag weer op peil werd gebracht voor de rest van de week. Wekelijkse onderhoudsbeurt dus. Dan is de beperktheid van de Coronadienst dus een risico van achterop raken. Maar vertaal dit verhaal nu een naar dagelijks onderhoud. Dagelijks, want dan ligt de verantwoordelijkheid helemaal bij onszelf. Als student leerde ik – bij de Evangelische Studentenbeweging Ichthus – het begrip ‘Stille Tijd’ kennen. Ergens op de dag, liefst aan het begin, tijd nemen om de bijbel te lezen te overdenken en daarna te bidden. Op adem komen voor ‘het aangezicht van God’, voordat de storm van bezigheden losbreekt. Om op Barnard te parodiëren: gedurende de nacht afzakken en aan het begin van de dag weer op peil gebracht worden. Klaar voor een dag als volgeling van Christus Jezus.

Onderhoud. En laten we onszelf niet wijsmaken dat we het wel kunnen uitstellen of misschien zelfs niet nodig hebben, de ‘kade’ van ons geloven kan zeker verzwakken en zelfs instorten. Verwaarlozing verzwakt ons geloven en maakt ons tot een gemakkelijker, een lauwe prooi voor de tegenstander. Wie de wapenrusting laat zakken (om het met Paulus te zeggen – Efeziërs 6) raakt de verdediging kwijt.

Het zou een vergissing zijn om nu in een kramp te raken, angstig te worden, bang het niet goed te doen of, precies omgekeerd, te reageren met: ‘wat een onzin’, dat gepraat over een tegenstander die uit zou zijn op onze instorting.

Mijns inziens betekent onderhoud voor ons allereerst dat wij leren schuilen. Schuilen onder Gods vleugels. Geborgen blijven in de schaduw van Zijn nabijheid. Weten, dat wie in Christus thuis is, door hem beschermd wordt.

Wat die tegenstander betreft en zijn belang bij ons instorten, daarvoor is momenteel niet erg veel aandacht vrees ik. Dat is wel anders geweest. Dan denk ik niet aan de preken vol ‘hel en verdoemenis’, maar aan bijvoorbeeld de schrijver C.S. Lewis met zijn boek: ‘Brieven uit de hel’. Al bejaard, maar nog pas opnieuw vertaald en nog altijd beschikbaar en zeer de moeite waard mijns inziens. Veel aandacht verdient die tegenstander natuurlijk niet. Beter is het om het oog gericht te houden op Jezus, op wie hij is en wat hij voor ons deed en doet. En daarbij wel onze omgang met God goed te onderhouden.

 

Onderhoud. Wie het verwaarloost komt van een koude kermis thuis. Zo stortte er weer een stuk kademuur in binnen het centrum van Amsterdam. Voor vele kilometers kade dreigt hetzelfde lot. Bovendien lijdt de kwaliteit van vele bruggen onder een langdurig gebrek aan aandacht. En dichterbij huis blijvend: ook tandartsbezoek wel eens lange tijd uitgesteld? En hoe beviel dat? En hoe reageerde de tandheelkundige? Kortom: achterstallig onderhoud laten ontstaan is gewoonlijk onverstandig. Op een bepaalde manier is er momenteel niet aan te ontkomen. Denk maar eens aan de dichter Willem Barnard, alias Guillaume van der Graft. Van hem was de uitspraak dat hij niet naar de kerk ging omdat hij geloofde, maar omdat hij door de week afzakte naar het niveau van de heiden en dan op zondag weer op peil werd gebracht voor de rest van de week. Wekelijkse onderhoudsbeurt dus. Dan is de beperktheid van de Coronadienst dus een risico van achterop raken. Maar vertaal dit verhaal nu een naar dagelijks onderhoud. Dagelijks, want dan ligt de verantwoordelijkheid helemaal bij onszelf. Als student leerde ik – bij de Evangelische Studentenbeweging Ichthus – het begrip ‘Stille Tijd’ kennen. Ergens op de dag, liefst aan het begin, tijd nemen om de bijbel te lezen te overdenken en daarna te bidden. Op adem komen voor ‘het aangezicht van God’, voordat de storm van bezigheden losbreekt. Om op Barnard te parodiëren: gedurende de nacht afzakken en aan het begin van de dag weer op peil gebracht worden. Klaar voor een dag als volgeling van Christus Jezus.

Onderhoud. En laten we onszelf niet wijsmaken dat we het wel kunnen uitstellen of misschien zelfs niet nodig hebben, de ‘kade’ van ons geloven kan zeker verzwakken en zelfs instorten. Verwaarlozing verzwakt ons geloven en maakt ons tot een gemakkelijker, een lauwe prooi voor de tegenstander. Wie de wapenrusting laat zakken (om het met Paulus te zeggen – Efeziërs 6) raakt de verdediging kwijt.

Het zou een vergissing zijn om nu in een kramp te raken, angstig te worden, bang het niet goed te doen of, precies omgekeerd, te reageren met: ‘wat een onzin’, dat gepraat over een tegenstander die uit zou zijn op onze instorting.

Mijns inziens betekent onderhoud voor ons allereerst dat wij leren schuilen. Schuilen onder Gods vleugels. Geborgen blijven in de schaduw van Zijn nabijheid. Weten, dat wie in Christus thuis is, door hem beschermd wordt.

Wat die tegenstander betreft en zijn belang bij ons instorten, daarvoor is momenteel niet erg veel aandacht vrees ik. Dat is wel anders geweest. Dan denk ik niet aan de preken vol ‘hel en verdoemenis’, maar aan bijvoorbeeld de schrijver C.S. Lewis met zijn boek: ‘Brieven uit de hel’. Al bejaard, maar nog pas opnieuw vertaald en nog altijd beschikbaar en zeer de moeite waard mijns inziens. Veel aandacht verdient die tegenstander natuurlijk niet. Beter is het om het oog gericht te houden op Jezus, op wie hij is en wat hij voor ons deed en doet. En daarbij wel onze omgang met God goed te onderhouden.

 

Onderhoud. Wie het verwaarloost komt van een koude kermis thuis. Zo stortte er weer een stuk kademuur in binnen het centrum van Amsterdam. Voor vele kilometers kade dreigt hetzelfde lot. Bovendien lijdt de kwaliteit van vele bruggen onder een langdurig gebrek aan aandacht. En dichterbij huis blijvend: ook tandartsbezoek wel eens lange tijd uitgesteld? En hoe beviel dat? En hoe reageerde de tandheelkundige? Kortom: achterstallig onderhoud laten ontstaan is gewoonlijk onverstandig. Op een bepaalde manier is er momenteel niet aan te ontkomen. Denk maar eens aan de dichter Willem Barnard, alias Guillaume van der Graft. Van hem was de uitspraak dat hij niet naar de kerk ging omdat hij geloofde, maar omdat hij door de week afzakte naar het niveau van de heiden en dan op zondag weer op peil werd gebracht voor de rest van de week. Wekelijkse onderhoudsbeurt dus. Dan is de beperktheid van de Coronadienst dus een risico van achterop raken. Maar vertaal dit verhaal nu een naar dagelijks onderhoud. Dagelijks, want dan ligt de verantwoordelijkheid helemaal bij onszelf. Als student leerde ik – bij de Evangelische Studentenbeweging Ichthus – het begrip ‘Stille Tijd’ kennen. Ergens op de dag, liefst aan het begin, tijd nemen om de bijbel te lezen te overdenken en daarna te bidden. Op adem komen voor ‘het aangezicht van God’, voordat de storm van bezigheden losbreekt. Om op Barnard te parodiëren: gedurende de nacht afzakken en aan het begin van de dag weer op peil gebracht worden. Klaar voor een dag als volgeling van Christus Jezus.

Onderhoud. En laten we onszelf niet wijsmaken dat we het wel kunnen uitstellen of misschien zelfs niet nodig hebben, de ‘kade’ van ons geloven kan zeker verzwakken en zelfs instorten. Verwaarlozing verzwakt ons geloven en maakt ons tot een gemakkelijker, een lauwe prooi voor de tegenstander. Wie de wapenrusting laat zakken (om het met Paulus te zeggen – Efeziërs 6) raakt de verdediging kwijt.

Het zou een vergissing zijn om nu in een kramp te raken, angstig te worden, bang het niet goed te doen of, precies omgekeerd, te reageren met: ‘wat een onzin’, dat gepraat over een tegenstander die uit zou zijn op onze instorting.

Mijns inziens betekent onderhoud voor ons allereerst dat wij leren schuilen. Schuilen onder Gods vleugels. Geborgen blijven in de schaduw van Zijn nabijheid. Weten, dat wie in Christus thuis is, door hem beschermd wordt.

Wat die tegenstander betreft en zijn belang bij ons instorten, daarvoor is momenteel niet erg veel aandacht vrees ik. Dat is wel anders geweest. Dan denk ik niet aan de preken vol ‘hel en verdoemenis’, maar aan bijvoorbeeld de schrijver C.S. Lewis met zijn boek: ‘Brieven uit de hel’. Al bejaard, maar nog pas opnieuw vertaald en nog altijd beschikbaar en zeer de moeite waard mijns inziens. Veel aandacht verdient die tegenstander natuurlijk niet. Beter is het om het oog gericht te houden op Jezus, op wie hij is en wat hij voor ons deed en doet. En daarbij wel onze omgang met God goed te onderhouden.

 

Onderhoud. Wie het verwaarloost komt van een koude kermis thuis. Zo stortte er weer een stuk kademuur in binnen het centrum van Amsterdam. Voor vele kilometers kade dreigt hetzelfde lot. Bovendien lijdt de kwaliteit van vele bruggen onder een langdurig gebrek aan aandacht. En dichterbij huis blijvend: ook tandartsbezoek wel eens lange tijd uitgesteld? En hoe beviel dat? En hoe reageerde de tandheelkundige? Kortom: achterstallig onderhoud laten ontstaan is gewoonlijk onverstandig. Op een bepaalde manier is er momenteel niet aan te ontkomen. Denk maar eens aan de dichter Willem Barnard, alias Guillaume van der Graft. Van hem was de uitspraak dat hij niet naar de kerk ging omdat hij geloofde, maar omdat hij door de week afzakte naar het niveau van de heiden en dan op zondag weer op peil werd gebracht voor de rest van de week. Wekelijkse onderhoudsbeurt dus. Dan is de beperktheid van de Coronadienst dus een risico van achterop raken. Maar vertaal dit verhaal nu een naar dagelijks onderhoud. Dagelijks, want dan ligt de verantwoordelijkheid helemaal bij onszelf. Als student leerde ik – bij de Evangelische Studentenbeweging Ichthus – het begrip ‘Stille Tijd’ kennen. Ergens op de dag, liefst aan het begin, tijd nemen om de bijbel te lezen te overdenken en daarna te bidden. Op adem komen voor ‘het aangezicht van God’, voordat de storm van bezigheden losbreekt. Om op Barnard te parodiëren: gedurende de nacht afzakken en aan het begin van de dag weer op peil gebracht worden. Klaar voor een dag als volgeling van Christus Jezus.

Onderhoud. En laten we onszelf niet wijsmaken dat we het wel kunnen uitstellen of misschien zelfs niet nodig hebben, de ‘kade’ van ons geloven kan zeker verzwakken en zelfs instorten. Verwaarlozing verzwakt ons geloven en maakt ons tot een gemakkelijker, een lauwe prooi voor de tegenstander. Wie de wapenrusting laat zakken (om het met Paulus te zeggen – Efeziërs 6) raakt de verdediging kwijt.

Het zou een vergissing zijn om nu in een kramp te raken, angstig te worden, bang het niet goed te doen of, precies omgekeerd, te reageren met: ‘wat een onzin’, dat gepraat over een tegenstander die uit zou zijn op onze instorting.

Mijns inziens betekent onderhoud voor ons allereerst dat wij leren schuilen. Schuilen onder Gods vleugels. Geborgen blijven in de schaduw van Zijn nabijheid. Weten, dat wie in Christus thuis is, door hem beschermd wordt.

Wat die tegenstander betreft en zijn belang bij ons instorten, daarvoor is momenteel niet erg veel aandacht vrees ik. Dat is wel anders geweest. Dan denk ik niet aan de preken vol ‘hel en verdoemenis’, maar aan bijvoorbeeld de schrijver C.S. Lewis met zijn boek: ‘Brieven uit de hel’. Al bejaard, maar nog pas opnieuw vertaald en nog altijd beschikbaar en zeer de moeite waard mijns inziens. Veel aandacht verdient die tegenstander natuurlijk niet. Beter is het om het oog gericht te houden op Jezus, op wie hij is en wat hij voor ons deed en doet. En daarbij wel onze omgang met God goed te onderhouden.