Het stof is nu wel neergedaald hoop ik. Het vuurwerkafval grotendeels geruimd. Een nieuw begin, maar vol met oude gewoonten. Het is inmiddels wel bekend, dat zogenaamde goede voornemens vaak geen lang leven zijn beschoren. Maar we houden goede moed. Toch wil ik nog iets uit de oude doos aanhalen. Qatar – nee, ik ga het nu niet hebben over de misstanden daar. Ook niet over de resultaten van het oranje elftal. Wat mij opviel en raakte was de reactie van veel media na de laatste wedstrijd. Vooraf hoorden we de trainer zeggen dat men ging voor een wereldkampioenschap. Dat vond ik enigszins hooggegrepen, maar wel begrijpelijk. De eerste wedstrijden werden gewonnen en de oranjekoorts nam toe. Er was wel wat kritiek op het spel, maar veel kijkers gingen feesten en de hoop gloorde. Het werd toch een soort halleluja. En zoals dat dikwijls gaat, kwam na de juichtoon het ‘kruisig hem’ (excuus voor de vergelijking). Vooral een bekend ochtendblad schijnt enorm te hebben uitgepakt. Trainer, spelers en spel werden finaal afgekraakt.

Een voetbalfan ben ik niet, maar deze hele vertoning, deed mij denken aan hoe er op Jezus werd gereageerd. Ook bij Hem sloeg de juichtoon heel snel om en brulde het volk dat het allemaal niks was, dat Hij weg moest. Je kunt je dan afvragen wat dat is bij ons mensen; dat wij zo snel kunnen omslaan. Dat we geen stevige basis hebben, die wel tegen een stootje kan. Het lijkt er op, dat wat wij kiezen afhankelijk is, niet van onze overtuiging, of onze loyaliteit, maar van de emotie van het ogenblik. Valt het een keer tegen – het spel, de politieke partij, onze partner, onze verwachting van God – dan: weg ermee!

Hoe u Advent hebt benut en Kerst gevierd, weet ik natuurlijk niet, maar als het goed is geweest, dan is er iets opgefrist. In de tijd van Advent is de verwachting opgepoetst. Dan zijn we er weer wat sterker van doordrongen dat ons nog zoveel te wachten staat. Maar ook, dat we soms wel al te gemakkelijk bidden: ‘uw Koninkrijk kome’ en misschien zelfs: ‘kom Heer Jezus – Maranatha’. Dankbaarheid is een van de vruchten van Advent. Immers, Hij van wie we de geboorte gaan gedenken, heeft al zijn glorie achter zich gelaten om een van ons te worden (lees nog maar eens Filippenzen 2). En hoe hebben we Hem ontvangen? Toch zette Hij door. We hebben ongelooflijk veel aan Jezus te danken. En dan Kerst. De geboorte van – zoals zijn neef Johannes het zei – ‘het Lam van God, dat de zonde der wereld wegneemt’. Dat kun je toch niet afdoen met een ‘ja, dat weet ik nou wel’? Vier, danken. En niet omslaan of weglopen wanneer de dingen – ook in ons geloven – niet gaan zoals wij het graag zouden zien.

We zijn alweer een paar weken op weg, maar blijf dankbaar en vol verwachting.