Elke relatie loopt het gevaar van slijtage. Walter Trobisch, een – inmiddels overleden – Oostenrijker, die zijn leven heeft gewijd aan christelijke relatiebegeleiding en –stimulering, beschreef het eens treffend. In een gesprek met iemand uit India werd hem het volgende voorgehouden. ‘Wanneer het om een huwelijk gaat, zetten jullie (Westerlingen) een hete pan op een koude plaat. Wij, in India, zetten een koude pan op een hete plaat.’ Er is zeker het nodige af te dingen op dit beeld. De huwelijken, die in India vaak door de ouders werden of worden geregeld, zijn ook niet allemaal even succesvol. Om het maar niet te hebben over geregelde huwelijken in bijvoorbeeld een land als Saudi – Arabië. Het recente voorbeeld van het meisje van 10 jaar dat wegliep van haar 80 – jarige echtgenoot, maar door haar vader terug werd gebracht, spreekt boekdelen.

Maar de tweede helft van die uitspraak is alle aandacht waard. Te vaak immers zien mensen geen kans om de fase van de verliefdheid te laten doorgroeien naar liefde, kameraadschap en diepe vertrouwelijkheid. En dat kan leiden tot een samenwonen onder één dak zonder dat men elkaar nog iets te zeggen heeft. Meer en meer echter leidt het tot een breuk: ‘Ik houd niet meer van hem of haar en dus …’ Waarmee men dan lijkt te willen zeggen dat de verliefdheid voorbij is. Alsof deze niet opnieuw kan worden aangeblazen en/of door ‘goed onderhoud’ de relatiegroei kan bevorderen.

En de schijnoplossing is om dan maar uit elkaar te gaan, levert maar al te vaak veel pijn en moeite op. Soms veroorzaakt het ‘Amerikaanse toestanden’ van seriehuwelijken; een stuk of vijf, zes achtereen. Omdat men maar niet ontdekt hoe een relatie succesvol kan worden gemaakt.

Ik ben weleens een beetje jaloers op de Rooms – katholieke kerk, waar in veel parochies een pittige cursus huwelijksvoorbereiding wordt gegeven voordat er ingezegend wordt. Iets waar zoveel van afhangt en dat zo diep ingrijpt in mensenlevens, mag best goed voorbereid worden. Opvoeden en getrouwd zijn moeten we maar kunnen. Voor een brommer heb je al een rijbewijs nodig.

En de relatie met de Here God en met zijn Kerk? Zou die niet kunnen slijten?

De vaste patronen van bidden, Bijbellezen en kerkgang krijgen veel mensen gelukkig van jongsafaan mee. Maar er zijn heel wat ‘slijtmomenten’. Kansen om ‘de eerste liefde’ kwijt te raken, in plaats van door te groeien naar een diepere verbondenheid en vertrouwelijkheid. Wanneer je gaat puberen; wanneer je zelfstandig gaat wonen; wanneer je ouder wordt en de dingen al zo lang en zo vaak hebt gedaan. Dan loop je de kans dat het je niets of niet zoveel meer zegt; dat God jou en jij God niet zoveel meer te zeggen hebt. En dat is natuurlijk de doodsteek voor de relatie met Hem.

Hoe houd je de boel fris en levendig? Allereerst door geen genoegen te nemen met achteruitgang, met slijtage. Een relatie is bedoeld om te groeien, om steviger te worden. Dus zul je zo nu en dan jezelf de vraag moeten stellen (in je relatie en in je Relatie) waar je staat, hoe je bezig bent. Tijd nemen voor elkaar – zeker ook voor God. Je eigen bidden en lezen eens kritisch bekijken. Rammel je er maar wat op los of weet je wat je deelt? En de Bijbel – vraag je af wat God je te zeggen heeft door wat je leest; wat Hij belooft, wat Hij vraagt en waarin en waarop Hij je aanspreekt.

Laten we nooit vergeten dat we leerlingen zijn.

Pieter Boomsma