Gezamenlijk Zondagsblad

Informeert en inspireert betrokken kerkmensen

Soms waren het bestsellers. Boeken, die op de een of andere manier beschreven hoe slim de Verleider te werk gaat. Het meest bekende boek was en is wel ‘Brieven uit de hel’ van C.S. Lewis. Vermakelijk om te lezen, maar ook met een inhoud om over na te denken en van te leren.

Wanneer er nu een boek geschreven zou worden over dit onderwerp, hoe zou dat er uit zien? Wanneer ik om mij heen kijk (en naar mezelf) en zie welke veranderingen er zoal zijn, dan is de vraag logisch of deze veranderingen goed zijn voor het geloof en voor de kwaliteit van de samenleving. Neem de individualisering. Daar zit natuurlijk best iets goeds in. Iedereen telt mee en dat is een enorme verbetering. Maar de keerzijde kan zijn, dat het besef vervaagt dat er iemand is die boven ons staat. Iemand naar wie we maar het beste kunnen luisteren willen we gelukkig zijn en vrede kennen. Ook kan de individualisering er voor zorgen dat we ons niet meer verantwoordelijk voelen voor grotere verbanden, zoals de kerkelijke gemeenschap. Zo van: Als ik het ergens niet naar de zin heb, haak ik af en zoek iets beters. ‘Aan jezelf toekomen’ is ook zoiets. Uiteraard moet een mens zichzelf niet verwaarlozen of laten wegduwen. Maar waar ligt de grens tussen egoïsme en solidariteit?

Kenmerk van de Verleider is, dat deze uitelkaar wrikt wat bij elkaar hoort. God voegt samen. Hij vertrouwt mensen aan elkaar toe, hoe verschillend ze ook kunnen zijn. Door Hem is er verbondenheid. Maar de Verleider zorgt voor vervreemding. Deze zorgt er voor, dat we langzaam maar zeker vervreemd raken van het verband waarin we thuis horen. Dat kan onze relatie zijn met partner of groep, met ouders of medegelovigen. Vaak begint dat met een beetje ergernis. Wie dat niet onderkent, laat het al te gemakkelijk doorgroeien totdat het onoverkomelijk lijkt geworden.

Maar de werkwijze van de Verleider is niet alleen wrikken en uit elkaar duwen. Het is ook laten verslappen of zorgen dat er geen belangstelling ontstaat. In zijn boek beschrijft Lewis hoe een student wordt toevertrouwd aan een beginnend duiveltje. Deze krijgt brieven van zijn oom, die een hoge functie heeft in de hel. Oom Schroefstrik geeft bijvoorbeeld het advies dat zijn neef er voor moet zorgen dat de student niet in contact moet komen met medestudenten die hun geloof serieus nemen. Christenen voor wie het geloof bijzaak is vormen geen gevaar. En wanneer er dan toch een dergelijk ongewenst contact ontstaat, schrijft oom dat de student beslist niet in de bijbel moet gaan lezen. Hoe werkt het? Zou de vraag uit Openbaring naar ‘de eerste liefde’ voor ons een rol spelen?

De belangrijkste slag die de Verleider momenteel lijkt te slaan is, dat mensen niet geloven in zijn bestaan. Een groter plezier kunnen we hem natuurlijk niet doen. Wie de vijand niet kent, is een gemakkelijke prooi.
Een nieuw boek, over de huidige risico’s, lijkt me nuttig. Maar misschien is het lezen van de bijbel wel afdoende.